2 Koningen 6 preken
2 Koningen 3 vers 15 | 23-01-1983 | NM Boven-Hardinxveld
Nu dan, brengt mij (= Elisa) een speelman. En het geschiedde, als de speelman op de snaren speelde, dat de hand des HEEREN op mij kwam.
De vraag van de profeet Elisa:
1. Een gepaste vraag uit de mond van godvrezenden;
2. Een gepaste vraag uit de mond van godzoekenden;
3. Een gepaste vraag uit de mond van ons allen.
2 Koningen 6 vers 25 - 27 | Biddag | VM Boven-Hardinxveld
En er werd grote honger in Samaria; want ziet, zij belegerden ze, totdat een ezelskop voor tachtig zilverlingen was verkocht, en een vierendeel van een kab duivenmest voor vijf zilverlingen. En het geschiedde, als de koning op den muur voorbijging, dat een vrouw tot hem riep, zeggende: Help mij, heer koning! En hij zeide: De HEERE helpt u niet; waarvan zou ik u helpen? Van den dorsvloer of van de wijnpers?
1. Een uitgehongerde stad;
2. Een radeloze vrouw;
3. Een boetvaardige koning.
2 Koningen 7 vers 3 - 5 | Voorbereiding Heilig Avondmaal | NM Boven-Hardinxveld**
Er waren nu vier melaatse mannen voor de deur der poort; die zeiden, de een tot den ander: Wat blijven wij hier, totdat wij sterven? Indien wij zeggen: Laat ons in de stad komen, zo is de honger in de stad, en wij zullen daar sterven, en indien wij hier blijven, wij zullen ook sterven; nu dan, komt, en laat ons in het leger der Syriërs vallen; indien zij ons laten leven, wij zullen leven; en indien zij ons doden, wij zullen maar sterven. En zij stonden op in de schemering, om in het leger der Syriërs te komen. Toen zij aan het uiterste van het leger der Syriërs kwamen, ziet, toen was er niemand.
Een wonderbaarlijke uitredding:
1. Wie die uitredding niet ontdekken;
2. Wie die uitredding wel ontdekken.
2 Koningen 10 vers 31 | 16-08-1987 | VM Boven-Hardinxveld
Maar Jehu nam niet waar te wandelen in de wet des HEEREN, des Gods van Israël, met zijn ganse hart; hij week niet van de zonden van Jerobeam, die Israël zondigen deed.
1. Het gedrag van koning Jehu;
2. De vloek die er rust op ongehoorzaamheid;
3. De zegen die er rust op gehoorzaamheid.
2 Koningen 13 vers 14 – 19 | NM Boven-Hardinxveld
Elisa nu was krank geweest van zijn krankheid, van dewelke hij stierf; en Joas, de koning van Israël, was tot hem afgekomen, en had geweend over zijn aangezicht, en gezegd: Mijn vader, mijn vader, wagen Israëls en zijn ruiteren! En Elisa zeide tot hem: Neem een boog en pijlen. En hij nam tot zich een boog en pijlen. En hij zeide tot den koning van Israël: Leg uw hand aan den boog, en hij leide zijn hand daaraan; en Elisa leide zijn handen op des konings handen. En hij zeide: Doe het venster open tegen het oosten. En hij deed het open. Toen zeide Elisa: Schiet. En hij schoot. En hij zeide: Het is een pijl der verlossing des HEEREN, en een pijl der verlossing tegen de Syriërs; want gij zult de Syriërs slaan in Afek, tot verdoens toe. Daarna zeide hij: Neem de pijlen. En hij nam ze. Toen zeide hij tot den koning van Israël: Sla tegen de aarde. En hij sloeg driemaal; daarna stond hij stil. Toen werd de man Gods zeer toornig op hem, en zeide: Gij zoudt vijf maal of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de Syriërs tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij de Syriërs driemaal slaan.
De koning Joas aan het sterfbed van Elisa is:
1. Verdrietig;
2. Halfslachtig;
3. Strafwaardig.
2 Koningen 13 vers 20 – 21 | 1e zondag na Pasen | NM Boven-Hardinxveld
Daarna stierf Elisa, en zij begroeven hem. De benden nu der Moabieten kwamen in het land met het ingaan des jaars. En het geschiedde, als zij een man begroeven, dat zij, ziet, een bende zagen; zo wierpen zij den man in het graf van Elisa; en toen de man daarin kwam, en het gebeente van Elisa aanroerde, werd hij levend, en rees op zijn voeten.
1. Een wonder;
2. Een prediking;
3. Een profetie.